Posts Tagged ‘management’

Project Business Case

May 24, 2019

(o.b.v. PRINCE2, bron: Vis van Heemst, Hedeman, Fredriksz 2017)

 

Het doel van het thema Business case is om mechanismen aan te reiken om te kunnen beoordelen of het project wenselijk, levensvatbaar en haalbaar is en blijft ter ondersteu-ning van de besluit om het project te starten of voort te zetten.

Inleiding

Het is voor de opdrachtgever essentieel te weten hoe de kosten van het project zich verhouden tot de verwachte baten en risico’s. Wegen de kosten en de risico’s niet op tegen de te verwachten baten, dan is er geen valide business case en is er ook geen reden het project te starten of voort te zetten.

Door handvatten te bieden voor het eenduidig ontwikkelen, onderhouden, beoordelen en verifiëren van de business case en de batenmanagementaanpak, draagt het thema Business case direct bij aan het principe van de voortdurende zakelijke rechtvaardiging en ondersteunt het thema Business case het principe van managen ‘by exception’.

Business case

De business case is de zakelijke rechtvaardiging van het project waarin wordt vastge-steld of een project gewenst, levensvatbaar en realiseerbaar is en daarmee of het inte-ressant is om in het project te investeren.

·  Gewenst: is het nodig voor het realiseren van de bedrijfsdoelstellingen?

·  Levensvatbaar: wegen de verwachte baten op tegen de kosten en de risico’s?

·  Realiseerbaar: kan het product worden gerealiseerd?

In de business case staat waarom de organisatie het project wil uitvoeren en wat de verwachte kosten, risico’s en baten zijn voor de organisatie. Het is daarbij van belang dat dit op een eenduidige manier geschiedt zodat verschillende projecten met elkaar kunnen worden vergeleken en kan worden beoordeeld welke projecten wel en welke projecten geen doorgang moeten vinden.

De opdrachtgever is eigenaar van de business case en moet ook de business case goedkeuren. De opdrachtgever kan de projectmanager vragen de business case voor het project op te stellen. De seniorgebruiker is verantwoordelijk voor het specificeren van de baten en moet er later ook voor zorgen dat met de projectresultaten de noodzakelijke veranderingen worden doorgevoerd en de voorziene  baten worden gerealiseerd. De opdrachtgever kan de projectborging vragen de projectmanager te ondersteunen met het opstellen en bewaken van de business case.

Batenmanagementaanpak

De batenmanagementaanpak beschrijft de acties die moeten worden uitgevoerd om met de projectresultaten de gewenste veranderingen in de lijn door te voeren en beschrijft de acties die nodig zijn om vast te stellen dat de voorziene baten ook daadwerkelijk zijn c.q. worden gerealiseerd.

De opdrachtgever is eigenaar van de batenmanagementaanpak en moet ook de baten-managementaanpak goedkeuren. De opdrachtgever kan de projectmanager vragen de batenmanagementaanpak op te stellen en te onderhouden. De seniorgebruiker is inhoudelijk verantwoordelijk voor de batenmanagementaanpak en dient aan te geven welke acties nodig zijn om met de projectresultaten de gewenste veranderingen door te voeren en hoe, wanneer en door wie de baten kunnen worden gemeten.

Output, uitkomst en baten

In het kader van het thema Business case hanteert PRINCE2 de volgende definities:

  • Projectresultaat (output) – het projectproduct dat door het project wordt opgeleverd.
  • Uitkomst (outcome) – de verandering als resultaat van het gebruik van de output.
  • Bate (benefit) – een meetbare verandering als gevolg van de uitkomst, die als positief wordt ervaren door één of meer belanghebbenden.
  • Negatieve bate (dis-benefit)– een meetbare verandering als gevolg van de uitkomst, die als negatief wordt ervaren door één of meer belanghebbenden.

 

Voorbeeld:

·   Projectresultaat: het nieuwe digitale patiëntendossier.

·   Uitkomst: effectiever werken

·   Bate: kortere wachtlijsten en kostenreductie.

·   Negatief bate: afscheid moeten nemen van 10 administratieve medewerkers.

Figuur 1 Doorvoeren van veranderingen (Bron Axelos Ltd.)

De output van projecten stelt de organisatie in staat veranderingen door te voeren, die baten opleveren waarmee de organisatie haar strategische doelen kan realiseren. Het doorvoeren van veranderingen kunnen echter op zichzelf ook neveneffecten met zich meebrengen, die op hun beurt weer positieve, maar ook negatieve baten kunnen opleveren (zie figuur 1).

PRINCE2 voorwaarden voor de business case

Het eerste principe van PRINCE2 is dat ieder project een zakelijke rechtvaardiging ofwel een positieve business case moet hebben. Het thema Business case ondersteunt dit principe door mechanismen aan te reiken om te kunnen beoordelen of het project ook inderdaad wenselijk, levensvatbaar en haalbaar is (en blijft). Daarvoor moet in ieder project tenminste:

  • Een business case en een batenmanagementaanpak worden opgesteld aan het begin van het project die gedurende het project worden onderhouden;
  • De impact van alle issues en risico’s op de business case worden getoetst.
  • De rollen en verantwoordelijkheden voor het opstellen, actualiseren en goedkeuren van de business case en de batenmanagementaanpak worden vastgelegd.

 

PRINCE2-aanpak business case

De business case moet worden ontwikkeld aan het begin van het project en moet worden onderhouden gedurende de gehele levenscyclus van het project. Tijdens het opstarten van het project worden de hoofdlijnen van de business case geverifieerd. Tijdens het proces initiëren van een project wordt de business case uitgewerkt. Gedurende het gehele project zullen alle issues en risico’s moeten worden beoordeeld mede aan de hand van de business case en moet de business case zo nodig daarop worden aangepast. Tijdens managen van een faseovergang en bij afsluiten van een project moet de business case worden geactualiseerd. Tijdens het proces sturen van een project zal de opdracht-gever de business case moeten beoordelen en goedkeuren, daarbij ondersteunt door de andere leden van de stuurgroep (zie figuur 2).

Ontwikkelpad BC_artikel project BC 

Figuur 2 Het ontwikkelpad van de business case (bron: Vis van Heemst, Hedeman, Fredriksz, 2017)

Parallel aan het ontwikkelen en onderhouden van de business case zal ook een batenma-nagementaanpak moeten worden ontwikkeld, onderhouden en beoordeeld. De realisatie van deze baten valt echter buiten de verantwoordelijkheid van het project. Een eventuele batenreview tijdens het project kan echter wel weer tot het project behoren, een en ander afhankelijk van de afspraken met de opdrachtgever.

Ontwikkelen business case (develop)

De initiële business case wordt vaak al ontwikkeld in het kader van een haalbaarheids-studie. In een dergelijke studie worden verschillende alternatieven uitgewerkt en met elkaar vergeleken. Dit zijn in principe verschillende business cases op hoofdlijnen. De resultaten van een dergelijke haalbaarheidsstudie worden voorgelegd aan het bedrijfs- of programmamanagement. Op basis daarvan wordt het projectmandaat verstrekt en kan het proces opstarten van een project worden gestart.

Tijdens het proces opstarten van een project wordt de business case op hoofdlijnen geactualiseerd/opgesteld en opgenomen in het projectvoorstel als basis voor het autoriseren van de initiatiefase. Tijdens de Initiatiefase wordt de business case uitgewerkt en opgenomen in de projectinitiatiedocumentatie als basis voor de besluitvorming de uitvoering van het project te autoriseren.

De business case omschrijft:

  • Redenen om het project uit te voeren en hoe het bijdraagt aan de organisatiedoelen.
  • Opties die zijn overwogen plus de argumentatie waarom daarvoor niet is gekozen.
  • De financiële en niet-financiële baten ten opzichte van de nuloptie.
  • De te verwachten negatieve baten zoals hogere onderhouds- en exploitatiekosten.
  • Benodigde investeringskosten en financieringsafspraken.
  • Duur projectuitvoering en de economische levensduur van de investering.
  • Belangrijkste risico’s en het geaggregeerd risiconiveau voor het project als geheel.
  • Investeringsanalyse plus advies over mogelijk te nemen acties.

Als het project onderdeel is van een programma kan de business case voor het project ook worden aangeleverd door het programma.

Onderhouden business case (maintain)

Binnen het project is de projectmanager verantwoordelijk voor het onderhouden van de business case, al hoeft hij de werkzaamheden niet zelf uit te voeren. Bij het beoordelen van een issue of risico zal de projectmanager moeten nagaan wat de impact van het betreffende issue of risico is op de business case en zo nodig de business case moeten actualiseren. Verder moet de projectmanager de business case actualiseren op het eind van iedere managementfase en als een afwijkingsplan moet worden opgesteld.

De projectborging helpt zo nodig bij het ontwikkelen van de business case en ziet er op toe dat de business case wordt onderhouden en zo nodig wordt geactualiseerd.

Beoordelen business case (verify)

De business case wordt binnen het project beoordeeld door de stuurgroep onder leiding van de opdrachtgever. De stuurgroep beoordeelt de business case op hoofdlijnen om de initiatie van het project te kunnen autoriseren. Aan het eind van de initiatiefase wordt de  uitgewerkte business case beoordeeld om de uitvoering van het project te kunnen autoriseren.

Het management van de afdeling was enthousiast over de nieuwe telefooncentrale. De nieuwe centrale mocht dan wel € 50.000,- kosten, maar de projectmanager had uitgerekend, dat met de nieuwe centrale iedere medewerker tenminste vijf minuten per dag zou besparen en dat is gelijk aan twee manjaar voor de gehele organisatie. Het eind van het verhaal is echter, dat na de installatie van de centrale dit natuurlijk niet betekende dat er twee man ander werk konden gaan uitvoeren. Er was slechts een theoretische winst behaald. Behalve dat het gemakkelijker werken is met een nieuwe centrale, was er geen zakelijke rechtvaardiging voor de investering.

Bij iedere go/no-go beslissing moet de stuurgroep de business case beoordelen, om na te gaan of het project nog levensvatbaar is en het nog gerechtvaardigd is het project voor te zetten. Na een escalatie moet de business case worden beoordeeld om de uitvoering van het afwijkingsplan te autoriseren. Tenslotte zal de stuurgroep de business case moeten vaststellen aan het einde van het project als basis voor de later uit te voeren batenreviews.

Het bedrijfs- of programmamanagement zal op basis van de business case na afloop van het project in een of meer batenreviews moeten nagaan of de verwachte baten ook daadwerkelijk zijn/worden gerealiseerd en of de initiële investering achteraf de moeite waard is geweest. Dit laatste is van belang als leerpunt voor toekomstige beslissingen.

Bevestigen toegevoegde waarde (confirm)

Om baten te kunnen beoordelen, is het noodzakelijk dat:

  • Baten worden geïdentificeerd en gekwantificeerd.
  • Meetwaarden worden overeengekomen, waarmee de baten worden vastgesteld.
  • Een nulmeting wordt uitgevoerd als de business case wordt opgesteld en iedere keer als de business case wordt geactualiseerd.
  • Een besluit wordt genomen over hoe, door wie en wanneer de baten zullen worden gemeten.

De omvang van de te realiseren baten wordt vastgelegd in de business case. Hoe en wanneer de verwachte baten zullen worden gemeten en beoordeeld, wordt vastgelegd in de batenmanagementaanpak. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor het houden van de batenreviews. Deze verantwoordelijkheid kan echter ook zijn neergelegd bij het bedrijfs- of programmamanagement. De seniorgebruiker is  degene die moet aantonen dat de geprognotiseerde baten worden gerealiseerd.

Opstellen en onderhouden batenmanagementaanpak

De batenmanagementaanpak omschrijft:

  • De scope: welke baten moeten worden gerealiseerd en gemeten.
  • Wie verantwoordelijk is voor het realiseren van de verwachte baten.
  • De benodigde acties om de benodigde veranderingen te realiseren.
  • Hoe en wanneer de verwachte baten kunnen worden gemeten.
  • De daarvoor noodzakelijke mensen en middelen.
  • De nulmeting op basis waarvan de verbeteringen moeten worden gemeten.
  • Hoe de prestaties van het projectproduct zelf worden beoordeeld.

De batenmanagementaanpak wordt in de initiatiefase door de projectmanager opgesteld in overleg met de seniorgebruiker en wordt goedgekeurd door de opdrachtgever bij de autorisatie van het project. Bij iedere go/no-go beslissing tijdens het project én op het eind van het project zal de batenmanagementaanpak moeten worden geactualiseerd. De opdrachtgever zal zijn goedkeuring van de batenmanagementaanpak moeten laten bevestigen door het bedrijfs- en programmamanagement.

De baten die al tijdens het project worden gerealiseerd, moeten tijdens de faseover-gangen al in de batenmanagementaanpak worden opgenomen.

Een investeringsanalyse kan worden uitgevoerd op basis van verschillende technieken:

·   Return on Investment (ROI) = Totaal nettorendement / Totaal aan investeringen

·   Terugverdienperiode = Het aantal jaren of maanden na oplevering dat de investeringskosten worden terugverdiend.

·   Netto Contante Waarde (NCW) = het totaal van de netto-opbrengsten minus investeringen, waarbij inkomsten en uitgaven in de toekomst worden teruggerekend naar de waarde nu op basis van een verdisconteringpercentage.

·   Interne rentabiliteit = het verdisconteringpercentage waarbij de NCW van een project = 0. Hoe hoger de interne rentabiliteit, hoe winstgevender het project is.

·   Break-evenpoint = De minimale omzet die moet worden gerealiseerd om de initiële investering terug te verdienen.

·   De meest gebruikelijke techniek is de Netto Contante Waarde in combinatie met de Interne rentabiliteit. Op basis van deze laatste waarde kunnen investeringen eenvoudig op basis van hun winstgevendheid met elkaar worden vergeleken.

 

4.5 Business case management

De business case kan op verschillende wijzen worden vormgegeven. Het kan een apart document zijn, maar ook slechts een onderdeel van de projectinitiatiedocumentatie. Sommige organisaties kennen een vaste structuur voor het opstellen van een business case, andere organisaties laten dit (gedeeltelijk) vrij. Soms volstaat ook alleen een PowerPointpresentatie of moet een business case in een document én als PowerPoint-presentatie worden aangeleverd.

Een externe leverancier heeft zijn eigen business case. Dat kan zijn de winst op het project maar bijvoorbeeld ook het verkrijgen van een goede positie in de markt of het verkrijgen van een betere relatie met de klant. Als in een project gesproken wordt over de business case, dat wordt daarmee echter altijd bedoeld de business case van de klant.

Anders dan velen denken is voor een project om te voldoen aan nieuwe wet- en regel- geving ook een business case nodig. Er is namelijk altijd een keuze hoe je aan die nieuwe wet- en regelgeving wilt voldoen. We spreken in dat kader steeds van een gouden, een zilveren of een bronzen optie. Ga je voor goud dan moet het management beseffen dat de daarvoor extra benodigde mensen en middelen niet aan andere initiatieven kunnen worden besteed. Dat is een beslissing die niet licht moet worden genomen.

Datzelfde geldt voor projecten voor de overheid. Vaak wordt gesteld dat een business case een typisch bedrijfsproduct is en niet bedoeld is voor overheidsprojecten. De naam zegt het immers al: ‘business’ case. Niets is minder waar. PRINCE2 en daarmee de business case is ontwikkeld door de Engelse overheid en is juist een typisch overheids-product. Ook bij de overheid groeien de bomen niet meer tot in de hemel en daar moet ook steeds meer de keuze worden gemaakt waar het beschikbare geld aan uit te geven. Niet voor niets zijn in de business case niet alleen de financiële maar ook de niet-financiële baten van belang.

Als een project onderdeel is van een programma levert het programma vaak zowel de initiële business case aan voor het project als de structuur op basis waarvan de business case moet worden opgesteld. Ook is dan vaak de batenmanagementaanpak onderdeel van het bovenliggende programma en geen onderdeel van het project zelf.

Als een project agile wordt uitgevoerd wordt een business case vaak opgesteld uitgaande van het optimale, het verwachte en het minimale resultaat. Het minimaal te realiseren resultaat is daarbij het resultaat waarbij de business case voor het project nog net valide is. Daarbij dient rekening te worden gehouden met het feit dat bij agile werken produc-ten iteratief worden opgeleverd. Baten kunnen daardoor vaker sneller worden gereali-seerd dan in traditionele projecten.

Rollen en verantwoordelijkheden

Voor een beschrijving van de rollen en verantwoordelijkheden voor het thema business case, zie tabel 1.

Bedrijfs-/Programmamanagement

·   Levert mandaat en stelt de standaard vast voor de ontwikkeling van de business case (BC)

·   Houdt seniorgebruiker verantwoordelijk voor oplevering van de baten

·   Is eindverantwoordelijk voor de     batenmanagementaanpak (post-project)

 

Opdrachtgever

·   Is eigenaar van de BC tijdens het project

·   Keurt batenmanagementaanpak goed

·   Verzekert de aansluiting van het project op bedrijfsstrategie

·   Stelt fondsen zeker voor realisatie van het project

 

Seniorgebruiker

·   Specificeert de baten zoals die in de BC worden opgenomen

·   Stelt zeker dat de gewenste uitkomst is gespecificeerd

·   Stelt zeker dat met de projectproducten de gewenste uitkomst en de daaraan gekoppelde baten worden gerealiseerd

·   Zorgt voor een opgave van gerealiseerde en nog te realiseren baten tijdens de batenreviews

 

Seniorleverancier

·   Keurt de BC van de leverancier goed (indien van toepassing)

·   Bevestigt dat benodigde producten binnen de geplande tijd en kosten kunnen worden gerealiseerd

Projectmanager (PM)

·   Stelt de BC op namens de opdrachtgever

·   Voert impactanalyses uit op issues en risico’s die invloed kunnen hebben op de levensvatbaarheid van het project

·   Beoordeelt en actualiseert de BC en de batenmanagementaanpak aan het eind van elke managementfase

·   Beoordeelt en rapporteert over project-resultaten bij de projectafsluiting

 

Projectborging

·   Assisteert bij de ontwikkeling van de BC

·   Reviewt de impactbeoordeling van issues en risico’s op de BC

·   Bewaakt de impact van de veranderingen in het projectplan op de BC

·   Verifieert en bewaakt BC m.b.t. externe gebeurtenissen en de projectvoortgang

·   Stelt zeker dat de toegevoegde waarde van de oplossing continue wordt bewaakt

·   Bewaakt projectfinanciën voor de klant

·   Stelt zeker dat project aansluit op bedrijfs- en programmastrategie

·   Stelt zeker dat de batenmanagement-aanpak in lijn ligt met de bedrijfs- en programmamanagementstrategie

 

Projectsupport

·   Houdt de BC onder configuratie

·   Adviseert PM over issues en risico’s die gevolgen kunnen hebben voor de BC

Tabel 1 Rollen en verantwoordelijkheden Thema Business Case
(bron: Vis van Heemst, Hedeman, Fredriksz, 2017)

 

 

 

Business Case Management in Programma’s

March 22, 2019

(o.b.v. Managing Successful Programmes™)

De Business Case geeft de zakelijke rechtvaardiging van een programma. Het omvat informatie over de te realiseren doelen en de bijbehorende baten en de kosten, tijd en risico’s om het programma uit te voeren. De Business Case geeft tevens aan hoe het programma de doelen en strategieën van de bedrijfsorganisatie ondersteunt.

Ontwikkeling Business Case

Gebruikelijk wordt de levensvatbaarheid van een programma al onderzocht voordat het programma wordt geautoriseerd. Meestal vindt een dergelijk onderzoek al plaats voordat het Programmamandaat wordt gegeven aan de toekomstige Programmaopdrachtgever.

Vaak vindt een dergelijk onderzoek plaats als onderdeel van de bedrijfsplanning voor de komende jaren. Soms vindt een dergelijk onderzoek plaats in een aparte haalbaarheidsstudie of ‘masterplan study’. Voor ieder alternatief binnen een dergelijke studie wordt een Business Case op hoofdlijnen vastgesteld. Op basis van de uitkomsten van de studie wordt een ontwikkelrichting gekozen, wordt het initiatief tot het opstarten van het betreffende programma genomen en wordt het Programmamandaat gegeven om het programma voor te bereiden (zie figuur 1).

BC flow_artikel programma BCM

Figuur 1 Ontwikkeling project en programma Business Case
(bron: Vis van Heemst, Hedeman, 2007)

Programmamandaat

Het Programmamandaat is het initiatief van het Bedrijfsmanagement om een programma te starten. Het initiatief wordt bij voorkeur vastgelegd in één document waarin het programma op hoofdlijnen wordt gedefinieerd en gepositioneerd in het kader van de bedrijfsmissie, doelstellingen, strategieën en andere initiatieven van de organisatie. Het Programmamandaat is de aanleiding om het proces ‘identificeren van een programma’ te starten.

In het Programmamandaat wordt vastgelegd:
• Strategische doelen die met het programma moeten worden gerealiseerd.
• Verbeteringen die moeten worden doorgevoerd
• Baten die mogelijk met het programma kunnen worden gerealiseerd.
• Kritische succesfactoren op basis waarvan het programma zal worden beoordeeld
• Voorgenomen borgingsmaatregelen
• Inschattingen ten aanzien van de investeringen en de duur van het programma
• Hoe de programmadoelen aansluiten op de bedrijfsstrategie en –missie.
• Lopende investeringen die deel (gaan) uitmaken van het programma
• Externe kansen en bedreigingen die aanleiding zijn om het programma te starten.
• Omschrijving van de huidige organisatie als startpunt van door te voeren veranderingen.
• Context waarbinnen het programma moet worden uitgevoerd.
• Mogelijke benaderingen om het programma te realiseren.

Programmavoorstel

In het MSP-proces ‘identificeren van een programma’ wordt op basis van het Programmamandaat het Programmavoorstel ontwikkeld door de toekomstige Programmaopdrachtgever. Het Programma-voorstel omvat een eerste aanzet van de doelstellingen, gewenste baten, risico’s, aandachtspunten, kosten en tijdsraming van het programma. Het Programmavoorstel beschrijft tevens de Business Case op hoofdpunten.

Het Programmavoorstel is de basis waarop de Sponsorgroep het programma goedkeurt en de start van de definitiefase autoriseert. Het Programmavoorstel is ook de basis voor de programmadefinitie en de basis voor de Business Case.

Programmadefinitie

De Business Case voor het programma wordt voor het eerst als afzonderlijk document ontwikkeld in de definitiefase van het programma. De Business Case wordt parallel ontwikkeld met de Blauwdruk, het Batenrealisatieplan en het Programmaplan en wordt verder afgeleid van het Risicoregister, de Capaciteitsmanagementstrategie en het Capaciteitsmanagementplan. Het niveau van detaillering van de Business Case is afhankelijk van de mate van (on)zekerheid van de beschikbare gegevens.

Programmauitvoering en -afsluiting

De Business Case van de afzonderlijke projecten worden afgeleid van de programma Business Case. Bij wijzigingen in het programma wordt getoetst of de Business Case van het programma nog steeds valide is. Bij plateauovergangen wordt de Business Case geëvalueerd en geactualiseerd om de levensvatbaarheid van het programma zeker te stellen. Bij het afsluiten van het programma wordt de Business Case geactualiseerd als basis voor verdere postprogrammabeoordelingen en geëvalueerd ten behoeve van leerpunten voor volgende programma’s.

Inhoud Business Case

De Business Case geeft de toegevoegde waarde van het programma en daarmee de onderbouwing van de investering van het programma voor de organisatie.

In de Business Case worden omschreven:
• de redenen: waarom moet het programma worden uitgevoerd? Wat is de ‘sense of urgency’?;
• de doelen: wat zijn de doelen die moeten worden gerealiseerd en hoe sluiten deze doelen aan op de bedrijfsstrategie?
• de opties: de verschillende alternatieven die zijn bekeken om de strategische doelen te realiseren, inclusief de redenen waarom daar niet voor is gekozen;
• de baten: de te realiseren baten/opbrengsten, die met het programma moeten worden gerealiseerd;
• de risico’s: de belangrijkste risico’s en het totale risicoprofiel van het programma;
• de kosten en tijdsplanning: de te verwachte noodzakelijke investeringen en de overall planning van het programma;
• de uitgave- en liquiditeitsplanning van het programma in totaal;
• een investeringsvergelijking: de vergelijking van de kosten, baten en risico’s van het programma en de beoordeling of het op basis hiervan valide is het programma op te starten of voort te zetten;
• het advies: het advies aan de opdrachtgever op basis van de investeringsvergelijking en mogelijke te ondernemen acties.

Bij de opties moet altijd de nuloptie worden meegenomen: wat gebeurt er als we niets doen? De nuloptie geldt als basisoptie voor de Business Case. De andere opties worden altijd met de nuloptie vergeleken.

De verschillende baten moeten we concreet en meetbaar formuleren. Ook is het belangrijk om een inschatting te maken, wanneer we een bate kunnen verwachten en hoe we deze moeten meten.

Kosten van een programma

In een programma en dus in de Business Case, moeten een veelheid van verschillende kosten worden meegenomen (zie tabel 1).

Tabel 1_artikel programma BCM.png
Tabel 1 Kosten in een programma en negatieve baten
(Gebaseerd op: Vis van Heemst, Hedeman, 2007)

In de veranderkosten worden ook de kosten voor de Bedrijfsverandermanagers en de veranderteams meegenomen. In de programmamanagementkosten worden de kosten van de Programmamanager, de programmaborging en de Programmasupport meegenomen en ook de kosten voor de te houden reviews.

De kosten van een programma omvatten de projectkosten, de batenrealisatiekosten, de transitie- en veranderkosten, de programmamanagementkosten en de kapitaalkosten van het programma. De toename van de operationele kosten zijn negatieve baten die we als negatieve waarde aan de -batenkant in de berekening van de Business Case moeten meenemen.

Nulmeting en toegevoegde waarde

Belangrijk is om aan het begin van het programma een nulmeting te doen om de huidige stand van zaken te bepalen. Op basis van de nulmeting wordt de nuloptie doorgerekend, evenals de verwachte baten ten opzichte van deze nuloptie als het programma wel wordt uitgevoerd. Dit verschil geeft de toegevoegde waarde van het programma. Deze meting moet elke keer dat de Business Case wordt geactualiseerd, worden herhaald met behulp van de stand van zaken op dat moment. Op deze wijze kan worden nagegaan of er nog steeds een zakelijke rechtvaardiging is om het programma voort te zetten. De al gemaakte kosten, de zogenaamde ‘sunk costs’, moeten bij een dergelijke actualisatie niet meer worden meegenomen.

Scenarioanalyse

Bij de inschatting van de baten is het belangrijk meerdere scenario’s door te rekenen (scenario-analyse). Scenario’s hebben betrekking op mogelijke ontwikkelingen in de toekomst, bijvoorbeeld: is er een sterke reactie van de concurrente of juist niet? Deze toekomstige ontwikkelingen zijn niet vooraf vast te stellen, maar kunnen wel worden doorgerekend. Per scenario kan worden bepaald wat de effecten zijn van die ontwikkeling op de te realiseren toegevoegde waarde van de investering. Daarnaast kan worden geschat wat de kansen zijn dat een bepaald scenario zich voordoet. De vermenigvuldiging van de kansen en toegevoegde waarden over de verschillende scenario’s geeft de gewogen verwachte toegevoegde waarde van de investering.

In scenarioanalyses wordt vaak gewerkt met een optimistisch, een gemiddeld en een pessimistisch scenario. Dit wordt ook wel een gevoeligheidsanalyse genoemd.

Investeringsvergelijking

Bij de vergelijking van de kosten en de baten moet worden gerealiseerd dat er in feite wordt gewerkt met verschillende grootheden. Inkomsten en uitgaven in de verschillende jaren kunnen namelijk niet eenvoudig bij elkaar worden opgeteld. Inkomsten over 10 jaar en uitgaven van nu hebben een heel andere economische en emotionele waarde.

Het verschil in economische waarde wordt bepaald doordat toekomstige bedragen met veel kleinere bedragen nu kunnen worden gegenereerd door simpelweg het geld op de bank te zetten of van de bank te lenen. Binnen bedrijven wordt gerekend met een interne verdisconteringsvoet, die gelijk is met het gemiddelde lange termijn rendement van de onderneming. Voor een goede vergelijking tussen inkomsten en uitgaven over verschillende jaren is het daarom gebruikelijk alle bedragen terug te rekenen naar het heden op basis van deze verdisconteringsvoet. Dit wordt de Netto Contante Waarde-methode genoemd (zie voor voorbeeld figuur 2).
Het verschil in emotionele waarde ligt in het feit dat toekomstig geld meer onzeker is en dat er minder direct gebruik van kan worden gemaakt. De flexibiliteit van het ondernemen neemt af.

Het is daarom belangrijk de verwachte inkomsten en uitgaven uit te zetten in de tijd. Pas echter op voor schijnnauwkeurigheid. Bij dergelijke berekeningen moeten veel aannamen worden gemaakt. Het doorrekenen met twee cijfers achter de komma is dan ook niet zinvol. Voor korte perioden kan uiteraard wel met nominale waarden worden gewerkt.

Voorbeeld NCW_artikel programma BCM

Figuur 2 Voorbeeld investeringsvergelijking o.b.v. Netto Contante Waarde-methode
(bron: Vis van Heemst, Hedeman, 2007)

Link met projecten

Binnen het kader van het programma zijn er afzonderlijke Business Cases voor afzonderlijke (tranches van) projecten. Resultaten die met behulp van projecten worden opgeleverd, kunnen op meer dan één manier worden gerealiseerd en leveren ieder voor zich andere baten op. Ieder project heeft daarom ook weer zijn eigen Business Case nodig, omdat voor ieder project afzonderlijk moet worden vastgesteld of er voldoende rechtvaardiging is om dit specifieke project uit te voeren.

De programma Business Case is echter meer dan de optelling van de Business Cases van de afzonderlijke projecten, zoals de totale kosten voor het programma meer zijn dan alleen de investeringen in de projecten. De totale baten van een programma zijn ook meer dan de baten van de individuele projecten. Het geheel is meer dan de som der delen.

Opstellen Business Case

De Business Case is in principe geen document met een hoge mate van detaillering. De onzekerheden ten aanzien van de omgeving, de bedrijfsdoelen, de te realiseren baten en de kosten en tijd om de benodigde bekwaamheden te realiseren, zijn daarvoor te groot. Weerstanden in de organisatie en kansen in de markt zijn weerbarstige begrippen. Daar is geen eenvoudige formule op los te laten.

Toch moet er aan een programma worden gerekend. Berekeningen zijn nodig om de besluitvorming te faciliteren. Er zijn vele andere projecten en programma’s die ook gouden bergen beloven. Concrete berekeningen leggen nu eenmaal meer waarde in de schaal dan mooie woorden. Een beste schatting is daarbij beter dan helemaal geen schatting. De schattingen moeten echter niet het niveau van berekeningen krijgen, zoals bij concrete projecten of bij boekhoudkundige nacalculaties. Het niveau van berekening zal eerder gelijk zijn aan het niveau van berekeningen die ten grondslag liggen aan de bedrijfsplannen en bedrijfsstrategieën.

Uiteraard leveren de computermodellen die gebruikt worden voor de berekening van de Business Case exacte getallen. Dit is echter een schijnnauwkeurigheid. Kleine veranderingen van de input in deze modellen leveren vaak grote verschillen op in de output. Het is daarom aan te raden meerdere scenario’s door te rekenen. Dit geeft een veel beter beeld over de hardheid van de zakelijke rechtvaardiging, dan een enkele berekening, hoe nauwkeurig ook.

Na afsluiting van het programma eindigt de Business Case niet. De Programmaopdrachtgever moet ook na de afsluiting zich ervoor blijven inzetten dat de organisatie de nog resterende doelen en baten van het programma realiseert.

Beoordelen Business Case

De Business Case is een van de kerndocumenten die moet worden beoordeeld en goedgekeurd, voordat de Sponsorgroep op het eind van de definitiefase het programma goedkeurt en autorisatie geeft voor de uitvoering van het programma. Verder moet de Business Case minimaal worden getoetst en geactualiseerd aan het eind van iedere cluster, maar bij voorkeur ten minste iedere zes maanden.

Bij beoordeling van de Business Case moeten de volgende vragen worden gesteld.
• Kunnen we ons het programma nog steeds veroorloven? Is er voldoende financiering?
• Kan het resultaat nog steeds worden gerealiseerd? Is dit realistisch?
• Levert het programma nog steeds voldoende toegevoegde waarde voor de organisatie?
• Is het programma nog steeds solide? Hoe kwetsbaar is de Business Case van het programma voor kleine wijzigingen en/of vertragingen?
• Zijn de alternatieven serieus beoordeeld? Is het Projectendossier nog steeds de optimale mix van projecten?
• Ondersteunt het programma nog steeds de strategische doelen van de organisatie?

Verantwoordelijkheden

De Programmamanager is verantwoordelijk voor het opstellen en actualiseren van de Business Case en voor het managen van de uitgaven versus het investeringsplan. De Bedrijfsverandermanagers identificeren en kwantificeren de baten en stellen vast wat de beste meetmethode is. Ook zorgen zij voor het doorvoeren van de verandering en het realiseren van de baten. Het Programmabureau verzamelt en onderhoudt de benodigde informatie. De Programmaopdrachtgever is eindverantwoordelijk voor het realiseren van het einddoel van het programma en van het realiseren van de Business Case van het programma en het zeker stellen dat het programma blijft aansluiten op de bedrijfsstrategie.

MSP of Sturen op Samenhang; waarom kiezen!?!

March 1, 2019

MSP of Sturen op Samenhang; waarom kiezen!?!

het beste van 2 werelden

Strijd

In 1996 barstte er een strijd los rondom projectmanagement. Prince2[1] drong zich binnen de ring van gevestigde projectmethoden als Projectmatig Werken, SDM en Probaat. Een aantal jaren later verschenen Sturen op Samenhang en MSP[2] (Managing Successful Programmes) als aanpakken voor programmamanagement. Ook in deze arena werd lustig gevochten om de gunsten van de programmamanager. Maar wat is nu eigenlijk de strijd?

Zijn er nu wel zoveel verschillen en bijten de methoden elkaar nu echt?

De strijders

Sturen op Samenhang is ontwikkeld als aanpak voor het aansturen van programma’s vanuit de gedachte dat alles tegelijk moet worden gedaan en alles morgen klaar moet zijn. Projecten en andere activiteiten buitelen over elkaar heen: er komt voortdurend werk bij, er gaat niets af. Klanten, leveranciers, overheden en bestuurders: iedereen heeft zijn wensen in contacten met organisaties. Men wil resultaten zien en afrekenen op prestaties: het moet in één keer goed, het moet nu klaar zijn en ‘ik wil er niet te veel voor betalen’.
Een samenhangende aanpak is nodig om aan dergelijke verlangens tegemoet te komen.

 

MSP is een programmamanagement methodiek, ontworpen door de Organisation of Governance Commerce (OGC) van de Britse overheid. Het geeft een ‘best practice’ voor het managen van programma’s en helpt organisaties bedrijfsstrategieën en bedrijfsdoelstellingen in hun organisatie te verwezenlijken, innovaties te realiseren, nieuwe bedrijfsvoeringen door te voeren en de geplande toegevoegde waarden zeker te stellen. Belangrijke aspecten binnen MSP zijn het organisatiemodel, het management van de toegevoegde waarde en het procesmodel.

 

Vanuit de interestgroep Programmamanagement (IPMA NL) is vaker aandacht besteed aan deze strijd en werd de vraag gesteld of niet gewerkt kon worden aan een best practice vanuit beide methoden. Toen de gemeente Rotterdam met dezelfde vraag kwam hebben Theo van der Tak (Twynstra Gudde), Bert Hedeman (Insights International BV) en Gabor Vis van Heemst (intrprimus bv)  zich verdiept in dit onderwerp.

 

Boeiend om te merken dat ook aan de kleine tafel eerst het stof moest neerdalen voordat begonnen kon worden met het aanschouwen van de methoden zoals zij werkelijk een bijdrage leveren. Deze exercitie leverde een mooie samenwerking op tussen de sterke kanten van beide aanpakken.

Omsmeden tot ploegscharen

Als definitie voor een programma hebben wij gekozen voor:

definitie_programma_artikel waarom kiezen

Uitgangspunt blijft dat programmamanagement het raamwerk is waarbinnen op een georganiseerde en gestructureerde manier de gedefinieerde strategische doelstellingen kunnen worden gerealiseerd. Dit raamwerk omvat zowel het expliciet maken van de visie, het definiëren van de blauwdruk en de toegevoegde waarden van de toekomstige situatie voor de organisatie, alsmede de organisatie en de processen om de veranderingen door te voeren en de toegevoegde waarden te realiseren.

 

Management van de toegevoegde waarde

Waar het bij een programma uiteindelijk om draait, is het realiseren van de baten. Batenmanagement is daarmee een fundamenteel onderdeel van het management van een programma en is een continue activiteit die zelfs doorloopt na het einde van het programma. De projecten en activiteiten zijn de inspanningen (enablers) die resultaten opleveren, die als de bedrijfsorganisatie daar ook daadwerkelijk mee aan de slag gaat, nieuwe of verbeterde bekwaamheden (capabilities) leveren voor de bedrijfsorganisatie. Met deze nieuwe of verbeterde bekwaamheden kan het management van de organisatie hun doelen bereiken en de bijbehorende baten realiseren (zie figuur 1).

programma in context_artikel waarom kiezen

Figuur 1: Positie batenmanagement binnen een programma

 

Batenmanagement start met een baten- of doelenidentificatie. Dit kan bottom-up vanuit de verschillende geïdentificeerde projecten, maar ook top-down vanuit de einddoelen. Voor het top-down identificeren van baten wordt gebruik gemaakt van een zogenaamde doelenboom. Dit is een visualisering van het einddoel uitgesplitst via tussenliggende doelen naar subdoelen. Een doelenboom kan worden aangevuld door aan de doelenboom de noodzakelijke projecten en activiteiten (inspanningen) te koppelen. (zie figuur 2).

Doelenboom_artikel waarom kiezen

Figuur 2: Doelenboom inclusief  de noodzakelijke inspanningen

 

Alle doelen moeten zo mogelijk worden gekwantificeerd. Het is belangrijk doelen expliciet te maken en voor ieder doel kritische prestatie-indicatoren en bijbehorende doelstellingen te koppelen.

Tenslotte

Aanleidingen voor organisaties om te kiezen voor een programmamanagementmethode lijken helder. De aanpak programmamanagement:

  • Faciliteert heldere besluitvorming en mandatering bij het maken van keuzes en stellen van prioriteiten
  • Kent een heldere verdeling van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden
  • Levert een kapstok om complexe, strategische veranderingen te managen
  • Heeft een expliciete focus op het managen en realiseren van de baten
  • Geeft de mogelijkheid in te kunnen spelen op een veranderende omgeving.

 

Het is dan ook logisch dat in het bedrijfsleven de aandacht voor programmamanagement sterk toeneemt. Het is mijn wens dat de focus steeds verder ligt op het versterken van programmamanagement. Daartoe moeten we als programmamanagers met elkaar in gesprek blijven en onze kennis en ervaring delen en benutten. De programmacommissie Programmamanagement is daar een goed platform toe. En gelukkig hoeven we niet meer te kiezen tussen MSP of Sturen op Samenhang. Je gebruikt ze gewoon allebei!

 

 

Auteur

Gabor Vis van Heemst is programmamanager bij intrprimus bv (www.intrprimus.nl), dat zich richt op project/programmamanagement en professionalisering en is auteur van meerdere boeken en artikelen op het gebied van programma- en projectmanagement, alsmede het in dit artikel gebruikte boek ‘Programmamanagement op basis van MSP – een introductie’.

Bronnen

Hedeman B., Vis van Heemst G.

Programmamanagement op basis van MSP

Van Haren Publishing, 2005

 

Wijnen G., Van der Tak, T.

Programmamanagement, Sturen op samenhang

Kluwer, 2006

[1] Prince2TM is a trade mark of the Office of Government Commerce

[2] MSPTM is a trade mark of the Office of Government Commerce

 

Artikel in pdf: Artikel MSP of SoS_Waarom kiezen_Pgmgt v005

Leadership – an introduction

August 22, 2011

On April 26th I wrote an article about leadership in project management. In response, I was asked whether I could explain a little more about leadership in general. What is leadership really about and what should you know about it as project manager? The following article is based on my book, “Projectmanagement op basis van NCB versie 3”.

Introduction
Leadership is the ability to get people to move into effective roles and tasks, to achieve (project) goals. Project managers often have limited formal powers. They work with team members and user representatives, but are not hierarchically driven. This means that in task- and relationship-oriented management to their team, they have to rely on other sources of power than their formal position. Like power by knowledge or power by relationships. The coaching management style can be used to give direction to the task and relationship orientation. The definition of leadership and the main other terms are:

  • Managing people: The performance of managerial tasks such as setting goals, determine the necessary tasks and enforce.
  • Leadership role: A behavioral ability according the specific needs of a project.
  • Situational leadership: Leadership style of management which is based on the degree of ability and willingness of people in practical situations.
  • Coaching leadership: leadership attitude focusing on learning ability of staff and making their potential qualities available to achieve the highest possible performance.
  • Power: The ability to exert effective influence on reality.

Management vs. leadership
In this article we are consistently taking the project managers point of view. The person who, through proper planning, organization and management of work, ensures that project results are met within the prescribed conditions. That is the essence of the role of the project manager. Leadership is the connecting, stimulating, aligning and guiding force of the project manager, so the project stakeholders are intrinsically motivated to pick up the project planning and excel in the work, so the desired project results are realized. In this article I describe a number of role-oriented and task- and relationship-oriented leadership theories.

Leadership theories
There are several theories about leadership.

Covey (1993) emphasizes the features that a project manager has to develop, to achieve such an independent and reliable impact on the environment that synergy – as directed energy – in this environment is created.

In this article, the following leadership theories are described:

Quinn’s theory of management skills emphasizes the various roles that a project manager can perform. These roles are both internally focused or externally oriented and focused on flexibility of action, or control over the action. By deliberately choosing specific roles, the seemingly opposite values (internal / external, flexible / managerial) can be bridged.

The Managerial Grid of Blake & Mouton emphasizes the control given to the project manager. Their assumption is that project managers are focusing on task and relationship. The approach of Paul Hersey and Kenneth Blanchard is based on situational leadership. They indicate that a project should be based on the situation, and you should choose an appropriate leadership style. The style can be chosen depending on the qualifications of the person.

This article is concluded with a section about two instruments; delegating and coaching. A project manager can use those to encourage employees to a higher qualification.

Figure 1 – Value perspective and leadership roles

Leadership Roles and value development (Quinn)
In the leadership model of Quinn, competing values play a key role, as shown in Figure 1. Opposite the value ‘internal focus’ is the value ‘external orientation’. In terms of project management, this means that the project manager has an eye for both the internal organization of the project and for the project environment, for which the project outcome is realized.

Opposite the value ‘flexibility of action’ is on the vertical axis ‘control of action’. For project managers this means that they focus on the individuality of project staff, and also in what way other project tasks can be realized in a controlled manner.

A project manager can choose the following leadership roles and skills:

Internal focus / Control of action – The project manager acts as a coordinator, through planning, organization and ensures that the project results will be realized. The project manager fills the role of controller, by means of a tight internal organization, established procedures and clear indicators to ensure that the project can enroll. Within this area, the project pays much attention to modeling and controlling of internal processes.

Internal focus / Flexibility of action – The project manager plays the role of stimulator. He will ensure that conflicts do not develop into an uncontrollable level and encourages the development of the team and joined decisions. He also fulfills the role of the mentor, aimed at developing individual team members and enhance interpersonal communication. Within this field, the employee is focused on the most efficient way of resourcing the project staff.

External focus / Flexibility of action – The project manager plays the role of innovator. He and his team ensures that changes are effectively identified, and exploring ways to realize these changes. The project manager fulfills the role of a target minded mediator, who uses all his ability to influence to obtain sufficient professional resources and capacity in order to meet the customers demand. For the project manager the project organization is an open and flexible system, which should be exploited to achieve the wanted project outcome.

External Focus / Control of action – The project fulfills the role as a producer for the customer. He makes sure that the required products meet the agreed quality criteria according and focuses on encouraging and motivating people to make it happen. The project manager fulfills the role of director, by means of setting goals, taking initiative and effectively delegate work in a controlled manner for the customer. From this area the project will look like a rational goal model in which the focus is on achieving, by the client accepted, project outcomes in a controlled way.

Within the framework of this project management model the project is firmly anchored in the internal organization, without losing focus on the users of the project result. Simultaneously, the attention is on developing project staff, within clearly identified management criteria.

By taking those four management areas in a account as project manager you:

  • have the internal organizations confidence in the professional execution of the project;
  • are able to motivate and challenge experienced team members of the project;
  • are able to keep team members focus on the interests of the user of the project results;
  • have a fine balance between the demands of the commissioning organization and the demands of the customer of the project results.

Factors that disturb the balance also lie in the focus of the project manager himself.

Task-and relationship-oriented leadership (Blake & Mouton)
Blake & Mouton focus their thinking on the attention project managers tend to give to themselves. They make a distinction:

Task orientation – the extent to which the task of the employee and the interests of the organization are important to the manager.
Human orientation – the extent to which the human aspects, such as the interests of the involved employees, are important to the manager.

These two dimensions combined, create a infinite number of leadership styles. Blake and Mouton distinguish five dominant styles, see Figure 2.

Figure 2 – Management Grid (Blake & Mouton)

Separation-oriented manager (Easy Rider)
For this manager is neither the role nor the human aspects of the work of real importance. In practice, this manager manages little. What does he do? There is no direct leadership present and achieving the project outcome is highly dependent on the professionalism of the project team. This area should not be assessed in advance as negative. Project managers who are able to ensure that results are established by the self-steering ability of a team, can focus on tasks that also matter. To reach that point, the project manager will have a more then average separation-oriented attitude.

Human-oriented manager (the Country Club Chairman)
A high score on “relationships” and little attention for the realization of tasks. This manager focuses on the importance of the employees. Preferably, this manager focuses on the harmony and a pleasant working atmosphere. The task gets little attention. If this atmosphere orientation leads to higher motivation and task-oriented professionalism of employees is high, then you have the right manager in place.

Task-oriented manager (commander)
“Only the result counts”. This is the motto of a manager who scores high on task orientation and low on human orientation. Everything serves the business interests, aimed at the project outcome. Concern for employees is based on achieving the needed results. Especially in situations where rapid, adequate or high pressure performance is to be delivered, this task-oriented attitude is of great value. By the clarity of direction, everyone knows what to do.

Integration-oriented manager (the captain)
This manager focuses on team building. Good teamwork balances attention to relationship and tasks. In most cases, this is the right attitude in projects. People feel recognized and understood and the results will be realized. Two aspects that will lead to increased motivation.

The golden mean (the mediator)
This manager divides his attention between people, organization and personal goals. The manager strives for an acceptable balance between organizational performance and personal needs. Also his own.

Developing task- and people-oriented leadership
The position of project managers in the Managerial Grid is not fixed. Through personal development, changes in the environment and/or the company, the project manager may adopt another position. By learning the project manager to change his style according the situation, he can be highly effective in managing projects.

Finally
So far about leadership for now. In a future article I will take situational leadership a step forward. If you have any question please do not hesitate to write me a comment. For more information, please visit our website www.intrprimus.nl.

Improving projects by project leadership – part 2

July 26, 2010

In my blog article of April 26th I wrote about the importance of leadership in organizations and projects. As a result I got a lot of questions and comments.

I want to share a comment of my friend Allard de Ranitz :

“Personally I always enjoy the trivia that is created on any business level when people start using terms like maturity and leadership, without taking time with each other to identify what it is that we’re talking about. We all know what we mean, more or less, but the misunderstanding usually occurs right there in those areas; the more and the less…. Besides that, it is pretty difficult to support people in increasing their leadership and advancing their maturity levels when we don’t know exactly what we’re advancing or increasing, other than better, more and up… which are usually terms that coincide with measurable aspects of What we do and not How we do things.
a
The English language has a great word that helps identify the characteristics of maturity and leadership. ‘Responsibility’ when taken apart there’s two words that provide meaning to the word itself in a continuum. Response and Ability. With increasing ability to respond, you’re better equipped to take responsibility. Responsibility as such is all about the Response one creates as an answer, effect of or counter to a certain influence. The more mature your response the more effective the flow of things continues. Immature responses, therefore create disruptive flows. This is important to recognize, since it looks at maturity in a different way.
a
Most of the maturity models we know, like CMM(i), INK or EFQM consider maturity to be an increasing level of quality based on system borders. Level one deals with activities, projects, singular responses to stimuli where level two is based on repetitive action responses; being capable of repeating the same response to triggers, that worked the first time, when similar stimuli came your way. Level three already starts to recognize a larger scale outside of your own influential sphere to be reckoned with where levels four and five (and possibly beyond that where other models are concerned) increase the view of the system that is influential for and partial to an ‘Able Response’ – being that type of response that supports, possibly increases and not disrupts, the flow of things within that entire system.
a
Maturity therefore, has only to certain limitations to do with the skills with which a (project) manager, person, leader, fulfills there task. Much more so however, it deals with the overall capability to take perspectives; to see the whole picture from all different angles and to be Able to Respond to a trigger in such a way that the entire system flow is maintained. Just as ecological principles only stand up in larger perspectives, because the earth as a whole is one complex, intertwined related system, the same principle accounts for projects having to be viewed in light of business cases and organizational change and the maturity of organization responses to change having to be judged by their larger environment and effects on that.
a
In the smallest sense I respond to triggers, because of me having to respond to make me better; an egotistic, self oriented view on maturity. I can still show prevailing traits of managerial capacity, however since it is merely for my benefit, maturity cabn be considered low! When I can grow beyond ego and look at myself and the others concerned, my perspective becomes more ethnocentric and involves the good of the group. Maturity increases, since I encompass my fellow men / collegues into the course of action, however I can still and will disrupt the flow of my entire life system, merely trying to do what is good for me and the other and make money. The fact that I’m polluting my environment, wreaking havoc on  all other outside my system, is not included in my perspective, causes my ability to respond to only partially create flow, however disrupting it slowly on a larger level. When being able to see the entire system we’re part of and therefore creating perspectives on a system/world centric way, we’re able to make balanced decisions for the good of the entire flow. Possible shortly disrupting smaller streams, however in the end being able to create flow for the entire system and not merely for a partial impact. This is what Responsibility and the ability to Respond is all about.
a
To be able to develop the maturity of your Project managers, therefore is to be able to increase their way of perspective taking into a more systemsapproach and world centric view of responding. How do you do that, I can hear you ask. Well, there’s no simple conventional answer to this question.
a
The way forward lies in developing the consciousness of the Project manager. What research has found, is that the higher the consciousness the more empathic and world centric the being is. I suggest we incorporate a new way of developing people in organizations. Next to developing skills, knowledge and experience in the field and the subjects, which are all extremely necessary to be able to succeed, we should also start developing the personality beyond the ego. The conscious Project manager is someone who possesses all necessary skills and the personality to match it. A conscious human in a conscious mind. That’s Maturity and that is the maturity that creates a Great Response Ability!!!”